Slavische talen
De Slavische talen maken deel uit van de Indo-Europese taalfamilie. Het gebied waarin deze talen worden gesproken strekt zich uit van Letland tot Bulgarije en van Polen tot Oost Siberië. Daarbinnen spreken verschillende volkeren Pools, Russisch, Lets, Litouws, Bulgaars, Servo-Kroatisch, Sloveens, Oekraïns, Slowaaks en Tsjechisch.
Russisch
De grootste van alle Indo-Europese talen is het Russisch. Het wordt door zeker 167 miljoen mensen als moedertaal gesproken, maar daarnaast zijn er zo’n 277 miljoen mensen die Russich ofwel als moedertaal ofwel als tweede taal spreken. De overheersende invloed van de Sovjet-Unie maakte dat het Russisch in veel landen verplicht werd onderwezen en zelfs als officiële taal werd erkend.
Ook door migratie speelt de taal nog een rol in landen als Israël (bijna een miljoen Russischsprekenden) en de Verenigde Staten (bijna een half miljoen).
Oekraïens
Het Oekraïens behoort met het Russisch en het Wit-Russisch tot de Oost-Slavische talen en het gebruikt net als deze talen het Cyrillisch schrift. Behalve in de Oekraïne zelf, wordt de taal gesproken in Polen (ruim anderhalf miljoen) en in Slowakije (enkele tienduizenden). In de Oekraïne is door de jarenlange overheersing van Moskou het Russisch overal bruikbaar.
Pools
De ligging van Polen is in de loop der eeuwen regelmatig verschoven, zodat in het huidige Polen, naast Pools ook Duits, Wit-Russisch en Oekraïns wordt gesproken. Het Pools behoort tot de West-Slavische talen en wordt geschreven met Latijnse karakters. Met meer dan 36 miljoen sprekers in Polen, behoort het Pools tot een van de grootste talen in Europa.
Tsjechisch
Samen met het Slowaaks en het Pools behoort het Tsjechisch tot de West-Slavische talen. De taal vertoont zoveel overeenkomsten met het Slowaaks dat sprekers van beide talen elkaar goed kunnen verstaan. Met meer dan 10 miljoen sprekers behoort het Tsjechisch tot de middelgrote Europese talen.
Slowaaks
Jarenlang werd het Slowaaks als het kleine broertje van het Tsjechisch beschouwd. Sinds de onafhankelijkheid van Slowakije in 1993 wordt de taal meer en meer erkend als een zelfstandige taal. Met zo’n 5 miljoen sprekers is de taal groter dan Sloveens, Litouws en Noors.
Ests
Vanaf 1991 is Estland onafhankelijk van de Sovjet-Unie en sindsdien zoekt het land meer en meer aansluiting met Finland en Zweden. De landstaal, het Est of Estlands, vertoont veel overeenkomsten met het Fins; het behoort ook tot dezelfde taalfamilie. Het Ests is de kleinste van de drie talen die in de Oostzeestaten wordt gesproken.
Lets
Het Lets of Letlands is de nationale taal van Letland. De taal is lid van de Indo-Europese taalfamilie en vertoont veel overeenkomsten met het Litouws. Samen met deze taal vormt het Lets de oostelijke tak van de Oostzeetalen. Er zijn bijna anderhalf miljoen sprekers van het Lets.
